Welke huurders kunnen een zienswijze geven op uw scheiding?

Geplaatst op 11 juni 2016
Geschreven door
Categorie Woningwet

Per 1 juli 2015 is de Woningwet in werking getreden. Daarmee is een veranderingstraject ingezet voor woningcorporaties dat de organisatie tot in de haarvaten raakt. De wet geeft bijvoorbeeld een afbakening van het werkdomein en het werkgebied. Daarnaast is de rol van gemeenten en huurders uitgebreid, waarbij het overleg tussen gemeenten, huurders en woningcorporaties moet bijdragen aan gedeelde afspraken voor het realiseren van volkshuiswestelijke ambities. De implementatie van de Woningwet vindt plaats in de periode van medio 2015 tot eind 2017, met wellicht enige uitloop naar 2018.

De afgelopen maanden hebben gemeenten voorstellen opgesteld om de Nederlandse woningmarkt te verdelen in zogenaamde woningmarktregio’s. In dit proces zijn de corporaties in de beoogde woningmarktregio’s om hun zienswijze gevraagd. Veelal zijn corporaties actief betrokken geweest bij dit proces.

Een vergelijkbaar proces gaat de komende maanden vorm krijgen voor de scheiding van DAEB en niet-DAEB. Corporaties moeten voor 1 januari 2017 een ontwerpvoorstel indienen bij de Autoriteit woningcorporaties. Op deze voorstellen kunnen nu de gemeenten hun zienswijze geven. Iedere gemeente waar een corporatie actief is wordt in de gelegenheid gesteld om een zienswijze te geven.

Zienswijze huurders is advies vanuit de overlegwet
Ook huurders van een corporatie kunnen hun zienswijze geven op de scheiding van DAEB en niet-DAEB. Waar het veelal eenvoudig is om te bepalen welke gemeenten een zienswijze kunnen geven is dat in het geval van de huurders soms iets minder eenvoudig. De huurders zijn te verdelen naar huurders van woongelegenheden en huurders van niet-woongelegenheden (zoals garages, Bedrijfs Onroerend Goed en Maatschappelijk Onroerend Goed). Van de laatste groep hoeft u alleen huurders van Maatschappelijk Onroerend Goed (MOG) in de gelegenheid te stellen een zienswijze te geven.

De zogenaamde Overlegwet geeft het wettelijk kader voor het overleg tussen corporaties en huurders van woongelegenheden. In lijn met de Overlegwet kunnen huurders en een “advies” geven op het scheidingsvoorstel. De “zienswijze” op het scheidingsvoorstel van deze huurders is in de praktijk dus het advies van de huurderbelangenvereniging.

Indien u voornemens hebt om (extra) DAEB-bezit over te hevelen naar de niet-DAEB-tak en/of naar een andere vennootschap, dan moeten ook bewonerscommissies van de betrokken complexen in de gelegenheid gesteld worden een zienswijze te geven. Indien u dus extra bezit gaat overhevelen kan het aantal huurders dat een zienswijze kan geven behoorlijk toenemen. Speelt dat bij u en heeft u hierover al afspraken gemaakt met uw huurderbelangenvereniging?

Auteur

  • Jeroen Dungelmann
    Jeroen Dungelmann Senior adviseur woningcorporaties Meer info

Relevante opleidingen

Relevante artikelen

Typ hier uw vraag...

Sandra Adrianow (SOR): "Opstellen Scheidingsvoorstel bevordert scherpstellen strategie en toekomstperspectief"Welke oplossingen zijn er voor het beheer van vastgoed in een (bestaande) dochter?