Tweede Kamer stelt herziene woningwet en novelle vast

Geplaatst op 15 december 2014
Geschreven door
Categorie Woningwet

Op 11 december j.l. is de herziene woningwet en novelle door de Tweede Kamer unaniem aangenomen. In aanloop naar de stemming deed Minister Blok op enkele majeure punten water bij de wijn.

Vrijstelling van administratieve scheiding: voor wie en wanneer?

Één van de belangrijke punten: corporaties met minder dan € 30 miljoen jaaromzet hoeven niet administratief te scheiden. Hoe gaat deze vrijstelling naar verwachting in de praktijk uitwerken voor corporaties?

Op basis van onder meer de Europese Transparantierichtlijn kunnen (kleinere) ondernemingen worden vrijgesteld van de verplichting om een administratieve scheiding aan te brengen. Hierin zagen de kamerleden Bisschop, Monasch, Knop en Schouten een aanknopingspunt om ervoor te pleiten kleine corporaties van administratieve scheiding uit te zonderen.

Met dit door de voltallige kamer aangenomen amendement is vastgelegd dat ‘relatief kleine Toegelaten Instellingen’ met een ‘bescheiden aandeel niet-DAEB activiteiten’ kunnen volstaan met een scheiding van baten en lasten. Voor deze Toegelaten Instellingen, met naar schatting gemiddeld zo’n vijf tot zesduizend woningen, gaat dus een vrijstelling gelden van de verplichting tot administratieve scheiding.

Voorwaarden vrijstelling

Het uitgangspunt voor de toetsing van de vrijstelling is dat de totale netto jaaromzet van de corporatie gedurende de eerste twee volle kalenderjaren na inwerkingtreding van de wet onder de norm blijft van €30 miljoen. Ook mag maximaal 5% van deze jaaromzet komen uit niet-DAEB activiteiten. Verder geldt als aanvullende voorwaarde dat  de corporatie in enig jaar maximaal 10% van de totale investeringen aan nieuwe niet-DAEB activiteiten mag besteden.

Wat moet worden verstaan onder netto jaaromzet, wordt door de parlementaire stukken niet geheel duidelijk gemaakt. Aansluitend bij een publicatie van VTW gaan wij er hier vanuit dat dit de over een boekjaar  gerealiseerde bedrijfsopbrengsten betreft. Dit betekent dat ook de netto verkoopopbrengsten meetellen in de maximale toegestane omzet voor de scheidingsvrijstelling.

Proces voor vrijstelling

Om van de vrijstelling voor de administratieve scheiding gebruik te maken, moeten corporaties vóór 1 januari 2017 aan de minister c.q. nieuwe toezichthouder aannemelijk maken dat zij aan de gestelde voorwaarden voldoen. Voor corporaties die niet opteren voor de vrijstelling blijft 1 januari 2017 de deadline voor het indienen van het administratieve of juridische scheidingsvoorstel.

Naar verwachting zal periodiek door de toezichthouder worden getoetst of de corporatie aan alle voorwaarden voor de vrijstelling blijft voldoen. Is dit niet langer het geval, dan is het doorvoeren van een administratieve scheiding voor de corporatie alsnog aan de orde.

Reikwijdte vrijstelling in de praktijk

Indien niet administratief hoeft te worden gescheiden, scheelt dit voor kleinere corporaties aan werklast bij de implementatie van de wetgeving en vervolgens in de reguliere begroting en verantwoordingscyclus. De vraag rijst echter wel hoe groot dit voordeel in de praktijk  zal uitpakken. Allereerst zal er wél een verplichting blijven bestaan voor de corporatie om baten en lasten te scheiden, bijvoorbeeld door het hanteren van kostenverdeelstaten.

Verder zal weliswaar geen formele, maar wel feitelijke DAEB/niet-DAEB onderverdeling van het bezit moeten worden bijgehouden, alleen al om richting de toezichthouder te kunnen onderbouwen of de corporatie aan de vrijstellingseisen voor de administratieve scheiding voldoet of blijft voldoen. Ook voor het berekenen van de overcompensatie is deze DAEB/niet-DAEB onderverdeling noodzakelijk.

Om te kunnen te bepalen of men nu en in de toekomst een corporatie wil en kán zijn met een netto jaaromzet van minder van €30 miljoen en maximaal 5% niet-DAEB, zal ook het strategisch voorraadbeleid moeten worden herijkt en financieel worden doorvertaald. Tenslotte is de verplichting tot het waarderen op marktwaarde een aspect uit de herzieningswet dat voor álle corporaties zal blijven gelden.

Ervan uitgaande dat ook de Eerste Kamer de wet in deze vorm aanneemt, betekent de vrijstellingsregeling minder administratieve lasten voor de kleinere corporaties. Maar ook voor deze corporaties is er dus nog substantieel werk aan de winkel in aanloop naar 1 januari 2017!

Meer informatie over de recent aangenomen Herziene Woningwet en de gevolgen voor uw corporatie?

Neem dan deel aan de Kennisdag novelle Woningwet op 27 januari, 3 of 10 februari a.s.. Deze hooggewaardeerde kennisdag is ook incompany mogelijk waarbij wordt ingezoomd op uw situatie en de gevolgen voor uw corporatie. Ook wordt hierbij vaak aandacht besteedt aan het implementatieplan voor de herziene Woningwet. Neem voor een incompany hier contact met ons op.

Heeft u direct al specifieke vragen?

Uiteraard kunt u ook voor specifieke vragen direct contact opnemen met Finance Ideas via 030 – 23 20 480.

Auteur

Relevante opleidingen

Relevante artikelen

Typ hier uw vraag...

Beheer- en onderhoudsdiensten aan derden ná Herzieningswet